zero (graden), nought (na decimaal teken), nil (voetbal- of rugbystand), O (bij reeksen nummers), love (tennis)
1
one
11
eleven
21
twenty–one
31
thirty–one
2
two
12
twelve
22
twenty–two
31
thirty–two
3
three
13
thirteen
23
twenty–three
33
thirty–three
4
four
14
fourteen
24
twenty–four
40
forty
5
five
15
fifteen
25
twenty–five
50
fifty
6
six
16
sixteen
26
twenty–six
60
sixty
7
seven
17
seventeen
27
twenty–seven
70
seventy
8
eight
18
eighteen
28
twenty–eight
80
eighty
9
nine
19
nineteen
29
twenty–nine
90
ninety
10
ten
20
twenty
30
thirty
100
a/one hundred
1,000
a/one thousand
1,000,000
a/one million
als het om een hoofdtelwoord van meer dan 3 cijfers gaat, schrijf je in het Engels and voor de tientallen (10, 20, 30 etc) en eenheden (1,2,3 etc) 231 = two hundred and thirty-one 401 = four hundred and one
waar we in het Nederland een komma in cijfers gebruiken, gebruikt men in het Engels een punt en omgekeerd NE 25,6 = EN 25.6 (twenty-five point six) NE 1.001 = EN 1,001 (one thousand and one)
let op het streepje tussen de tientallen (10, 20, 30 etc) en de eenheden (1,2,3, etc) twenty–eight